Feeststol
Doe 500 gram bloem in een kom en roer er het zout door. Maak een kuiltje in het midden en strooi de gist erin. Schenk er een beetje melk bij en roer tot de gist is opgelost. Roer een beetje van de bloem mee zodat een dik papje ontstaat. Laat dit 15 minuten staan.
Smelt intussen 100 gram van de boter en laat dit afkoelen, maar niet stollen. Voeg aan het bloempapje de rest van de lauwe melk, de suiker, de gesmolten boter, het losgeklopte ei en de citroenrasp toe en kneed er een soepel deeg van. Laat het deeg afgedekt met huishoudfolie op een tochtvrije warme plaats ongeveer 60 minuten rijzen.
Voeg dan de vruchten en/of noten toe en kneed alles goed door. Rol het deeg uit op een met bloem bestoven werkvlak tot een ovale lap. Vorm van het amandelspijs een rol, ongeveer 2 centimeter korter dan de deeglap. Bestrijk het deeg met water en leg de rol op het deeg. Vouw een zijde van het deeg over de spijsrol en druk vast. Laat het onderste stuk deeg iets uitsteken. Kneed de stol eventueel nog in vorm.
Leg de stol op een met bakpapier bekleed bakblik en laat hem afgedekt met een vochtige doek ongeveer 40 minuten rijzen. Verwarm de oven voor op 180 graden. Bak de kerststol in ongeveer 35 minuten lichtbruin en gaar. Laat hem op een rooster afkoelen. Smelt de rest van de boter en bestrijk het afgekoelde brood ermee. Bestuif met poedersuiker.